op een goede dag


op een goede dag 1.0

op een of andere, niet nader bepaalde dag in het verleden of in de toekomst

Algemene voorbeelden


Simon Koster - zo heet de jongen - moet de dader zijn. Dossier gesloten? Toch niet. Want op een goede dag trekt Koster al zijn bekentenissen in.

NRC,

In alles valt een mathematisch patroon te ontdekken, de fluctuaties in de beurskoersen moeten dus ook voorspelbaar zijn. Als zijn computer op een goede dag een merkwaardige reeks van 216 cijfers uitbraakt, gelooft Max dat hij iets op het spoor is.

http://www.ou.nl/open/rma/spiegel/frames11.htm

Deze ergernis brengt weer een andere in mijn gedachten, namelijk de ideeënbus die vaak bij allerlei bedrijven op een stil plekje tegen de muur hangt [...]. En daar komt dan op een goede dag een prachtig geldbesparend idee uit de bus rollen van een of andere reeds lang vergeten medewerker van wiens bestaan men zich alleen bewust werd als hij opbelde dat hij griep had.

Een zwervend bestaan, Bob den Uyl,

De vijand zal op een goede dag West-Europa binnenvallen en de laatste oorlog leert ons dat het evacueren van een regering dan problematisch kan zijn.

Acacialaan, Koen Peeters,

Als de patiënt hard oefent [...], dan is op een goede dag de revalidatie ten einde gekomen.

http://www.nvvs.nl/ci/cochleaire_implantatie.htm,